Afgelopen donderdag was ik uiteten met mijn ouders bij een Italiaans restaurant in Amsterdam-zuid. Ze gaan hier altijd eten als ze naar een concert in het Concertgebouw gaan. Ik was iets te vroeg en was me net van mijn sjaal, muts, wanten en andere winterkledij aan het ontdoen, toen ik recht in de ogen van een bekende keek. Die bekende is J, een meisje (inmiddels een jonge vrouw van 21 jaar) dat zeven jaar geleden in het Beter met Thuis huis zat waar ik als inval (pedagogisch) begeleider werkzaam was vanuit Jeugdzorg. We geven elkaar een dikke zoen en ik kan niet anders dan stralen. Jou zien is hét cadeau van deze avond, werk je hier? Ja, zegt ze, fulltime vast in dienst, een jaar alweer. Ze ziet er prachtig uit. Kom je alleen eten, vraagt ze. Nee, met mijn ouders, die komen hier regelmatig. Oh, dan ken ik ze misschien. Vast, zeg ik, ze zijn grijs en heel knap. Ze komt even bij mijn tafeltje kletsen en het voelt meteen als vanouds. Hoe is het met je, vraag ik, en hoe is het met die, die en die? Weet je dat ik nog heel af en toe aan jullie moet denken. Ik ben dan zo benieuwd hoe het nu met jullie gaat. Ze vertelt dat het heel goed gaat. Weet je, zegt ze, dat ik jou en E. (een van de andere begeleiders) nooit zal vergeten, en dit geldt niet alleen voor mij. Jullie waren écht betrokken en kwamen niet even acht uur werken om vervolgens weer naar huis te gaan. Dat doet wat met me merk ik, om dat te horen. En het klopt, want als ik terug denk aan die tijd, voelde het ook niet als werk. Ik kon je wel af en toe achter het behang plakken, zeg ik tegen haar. J. begint te lachen. Dat begrijp ik zegt ze, maar weet je, zoveel regels als je een puber bent, dat werkt niet. Ik was geloof ik niet zo van de regels, maar gelukkig anderen wel, zeg ik. En je hebt beide nodig, dat is het leuke, iedereen brengt iets en dat houdt het in balans. Na het eten geeft ze me een briefje met haar mail en Facebook gegevens. Als ik mijn jas aantrek laat ze me nog wat foto’s zien van een aantal meiden. Jeetje, ik herken ze niet, wat zijn ze groot geworden. En hoe is het met J. vraag ik haar. Daar gaat het niet goed mee, zegt ze, die schijnt rond te zwerven. Oh jeetje, zeg ik. Is allemaal keuzes Mariette, echt waar. Ik heb op een gegeven moment ook andere keuzes gemaakt omdat ik wist, anders gaat het niet werken. Ik kijk haar aan. Zeven jaar geleden was ik haar mentor, maar zij net zo goed die van mij. En nu, hier in het restaurant, geeft ze mij een geweldige reflectie. Klopt, zeg ik, het zijn keuzes. Alles is een keuze, in elk moment. Op de terugweg naar huis denk ik terug aan mijn jeugdzorg tijd. Ik had geen diploma en dat was ook de voornaamste reden dat ik niet vast in dienst kon en ik uiteindelijk ben gestopt. Ik had geen zin om nog vier jaar een opleiding te doen. Een diploma en een geschikte opleiding zijn belangrijk, maar één ding weet ik zeker: betrokken zijn, de ander ontmoeten voor wie die is en weten dat het in het leven om mensen gaat, dat leren we op geen enkele school. Dat zit in ons allemaal, alleen lijken we het vergeten te zijn. Zou het daar niet meer over mogen gaan? Deze ontmoeting bevestigt mij dat werk, of eigenlijk het leven, altijd om mensen gaat, ongeacht wat voor werk we doen en welke functie we hebben. Als we alleen werken om geld te verdienen, uren te maken, resultaten te boeken of om erkenning te krijgen, is dat voelbaar, voor iedereen. J. is hier een prachtig voorbeeld van, die mij donderdag heeft laten zien, waar het werkelijk in het leven om gaat.
Hey Mariette. Wat leuk om dit te lezen!! Ik hoop dat alles goed met je gaat 🙂
Hey lieve Cuba! Wat onwijs leuk om van je te horen, ik heb je net een facebook verzoek gestuurd! liefs!