‘Mam, aan wie moet ik dan denken die twee minuten dat we stil zijn?’ Ik zal een jaar of zeven geweest zijn en zat met mijn familie op de bank voor de tv. Net als iedereen deed ik mijn ogen dicht en was ik stil. Mijn moeder had gezegd dat ik aan opa kon denken, haar lieve vader, die ik zelf nooit heb gekend. Ik kan me herinneren dat ik twee minuten best lang vond, waardoor ik af en toe mijn ogen opendeed om te kijken of ze al voorbij waren. Ik dacht aan mijn opa, die als krijgsgevangene overleden is in Indonesië. Ik kan me zo voorstellen dat mijn gedachtes al snel naar een ander onderwerp gingen, want zo gaat dat met gedachtes. Ze komen en gaan.
Gisteren maakte ik iets voor acht uur met een vriendin een korte wandeling in ons buurtje. Tijdens de twee minuten stilte liepen we naast elkaar, al rondkijkend om ons heen. We liepen langs een grote kastanjeboom, die ons beide opviel. Soms heb je dat, dat je je opeens opnieuw gewaar wordt van iets wat er al heel lang is. Ik loop dagelijks langs die boom, maar gisteren, in de stilte van de stad maar ook in de stilte in mijzelf, kon ik de boom werkelijk aanschouwen. Bomen zijn voor mij een geweldige reflectie in dat het leven niet om doen gaat, maar om er zijn. En dat het leven seizoenen en cycli kent, en dat zich daarbinnen gebeurtenissen en situaties aandienen, waarin wij mogen mee bewegen. Maar altijd vanuit die sterke wortel in onszelf, net als de boom.
Ik lees wat berichten in de media over welke mensen we wel en welke we niet mogen herdenken. Zo lijkt er altijd wel iets te zijn om over te discussiëren, waar we iets van vinden en waar we controle over willen hebben. Maar vooral waar we nog in hokjes denken en mensen buitensluiten. Zijn Nederlandse oorlogsdoden wel te vergelijken met omgekomen vluchtelingen? Een vraag die gesteld wordt in een interview in Trouw. Alleen al in de vraag en de vergelijking zit separatie en lijken we vergeten te zijn dat we allemaal mens zijn. Op 4 mei herdenken we de slachtoffers van oorlogen en ondertussen woedt de oorlog in onszelf en met elkaar voort. Het zijn de gedachtes en woorden van separatie, waarin we mensen bestempelen, als groeperingen wegzetten en waarin we elkaar opleggen aan wie we wel of niet mogen denken, die de zaadjes zijn voor oorlogen. Elke dag is een dag om ons hiervan bewust te zijn, bewust van onze eigen gedachtes en woorden die separatie in zich dragen. De kastanjeboom denkt, vergelijkt en separeert niet, die is, in al zijn grootsheid en schoonheid. Die hoeft nergens naartoe omdat ‘ie weet dat alles er al is.
Daar kunnen we nog een boel van leren.